Een vorm van beleidsonderzoek waarin de gevolgen op de korte en lange termijn van een gezondheidstechnologie worden onderzocht. Onder een gezondheidstechnologie vallen geneesmiddelen, maar ook bijvoorbeeld medische apparatuur voor diagnostiek en behandeling. Het onderzoek geeft een samenvatting van informatie over de medische, maatschappelijke, economische en ethische kwesties rond het gebruik van gezondheidstechnologie. Het is de bedoeling dat dit op systematische, transparante, niet-vertekende en degelijke wijze wordt gedaan.
Het belangrijkste doel van HTA is beleidsmakers voorzien van wetenschappelijk onderbouwde informatie. Op basis van die informatie kunnen zij een gezondheidsbeleid opstellen dat veilig, effectief, patiëntgericht en kosteneffectief is. HTA wordt ook gebruikt door Zorginstituut Nederland om de minister van VWS te adviseren over het al dan niet vergoeden van de nieuwe therapie uit de zorgverzekering.
Met HTA wordt beoordeeld of de nieuwe technologie beter, even goed of slechter werkt dan bestaande alternatieven. Bij geneesmiddelen betekent dat er wordt gekeken naar het therapeutische effect, mogelijke bijwerkingen, de invloed op de kwaliteit van leven en de manier van toedienen. Behalve medische aspecten, worden ook economische, sociale en ethische aspecten van de nieuwe therapie op systematische wijze onderzocht. Denk aan de kostenimplicaties voor de patiënt en de invloed op de organisatie van zorgpaden bij het toedienen van de therapie.
Tot op heden doen Europese landen afzonderlijk onderzoek naar de kosten en baten van een nieuw geneesmiddel, voordat zij besluiten het wel of niet te vergoeden. In december 2021 heeft de Europese Unie (EU) een HTA-verordening vastgesteld, die per 12 januari 2025 van toepassing is. De belangrijkste doelen van deze EU HTA-verordening zijn: verbeteren en versnellen van de beschikbaarheid van innovatieve gezondheidstechnologieën voor patiënten in de hele EU; waarborgen van een efficiënt gebruik van middelen; en versterken van de kwaliteit van HTA’s.