Om het proces van het maken van een vaccin uit te leggen, nemen we als voorbeeld een mRNA vaccin (zoals dat van Pfizer/BioNTech, Moderna en Curevac). Deze mRNA-vaccins gebruiken een genetische code (messenger RNA, mRNA) in plaats van een deel van het virus zelf. Na een prik met een vaccin gebruikt het lichaam deze genetische code om stukjes virus te maken (de pieken/’spikes’) die bovenop het coronavirus zitten. Het immuunsysteem maakt antilichamen aan die deze pieken herkennen. Als een gevaccineerd persoon later een COVID-19 virus binnenkrijgt, moeten die antistoffen klaarstaan om het virus aan te vallen.
Het productieproces is grofweg te verdelen in een zestal stappen:
In elke stap zijn vele controlestappen ingebouwd, zodat de vaccins uiteindelijk veilig en effectief te gebruiken zijn. Qua tijd maken deze controlestappen meer dan de helft uit van de benodigde productietijd.
Normaal gesproken duurt het inrichten van een productieproces voor vaccins zo’n drie tot vier jaar, inclusief tijd die vergunningen kosten. Nu is dat veel sneller gegaan omdat fabrikanten nog voor er goedkeuring was, op eigen risico, zijn begonnen met de inrichting en het opschalen van productiefaciliteiten. Zo rollen de eerste vaccins zo’n driekwart jaar na het opstarten van de productie nu van de band. De productieprocessen worden ook steeds meer geoptimaliseerd. Het productieproces van het Pfizer/BioNTech-vaccin is inmiddels al enorm versneld: van 110 dagen eind 2020 tot ongeveer 60 op dit moment. Hierdoor neemt de hoeveelheid vaccins die te produceren zijn ook enorm toe. De fabrikanten van de RNA-vaccins verwachten dat ze aan het eind van 2021 miljarden doses van de vaccins geproduceerd hebben, uitgaande van constante procesverbeteringen, uitbreidingen in de productie, zowel in eigen fabrieken als bij anderen.
Veel bedrijven met specifieke expertise en ervaring op het gebied van vaccinontwikkeling en -productie zijn bezig met COVID-19 vaccins. Dit loopt uiteen van grote farmaceutische bedrijven, tot speciale dienstverlenende bedrijven en gespecialiseerde transporteurs. Omdat het bouwen en opstarten van fabrieken waar vaccins gemaakt worden normaal gesproken jarenlang kan duren, is dit geen optie om extra vaccins te produceren. Maar wat kan er wel? Het is toch niet de bedoeling om de productie van andere geneesmiddelen tijdelijk te stoppen om extra vaccins te maken? Dat leidt namelijk tot tekorten en gezondheidsproblemen op andere vlakken.
Een aantal grote farmaceutische bedrijven heeft aangekondigd om extra stappen te zetten. Sanofi en Novartis gaan Pfizer/BioNTech helpen met het produceren van vaccins. Bayer gaat 160 miljoen extra vaccins van CureVac produceren. MSD liet vorige week weten dat ze Johnson & Johnson gaat helpen bij de productie van het ‘Janssen-vaccin’. En Merck levert BioNTechs LNP’s.
Maar zelfs dan hebben we niet binnen een paar maanden extra vaccins: Sanofi en Novartis denken nog een half jaar nodig te hebben om hun fabrieken aan te passen aan het vaccin van Pfizer en BioNTech. Daarbij kunnen ze niet de hele productie op zich nemen, dat is technisch te ingewikkeld op deze korte termijn. Waarschijnlijk zullen ze extra capaciteit geven voor het vullen en verpakken van vaccins.
Artikel: Veel samenwerking farma bij opschalen vaccinproductie