28-07-2020

‘Dwanglicenties zijn geen wondermiddel’

Dwanglicenties
'Dwanglicenties zullen niet vaak leiden tot het snel beschikbaar komen van geneesmiddelen, zelfs niet in noodsituaties als de huidige coronapandemie.' Dat schrijft advocaat Wouter Pors in een opiniebijdrage in het Financieele Dagblad.

Pors, werkzaam bij advocatenkantoor Bird & Bird, noemt twee belangrijke obstakels die de inzet van dwanglicenties tegenhoudt. Volgens de advocaat betekent toegang krijgen tot de gepubliceerde octrooiaanvraag nog niet dat er op magische wijze nieuwe geneesmiddelen voor patiënten beschikbaar komen. In klinische studies moet immers aangetoond worden dat een middel veilig en effectief is. En dat vormt direct het tweede belangrijke obstakel: Europese wetgeving beschermt de resultaten van klinische studies voor een periode van ten minste acht jaar.

Niet in algemeen belang

Pors verwacht niet dat dit systeem snel zal veranderen. 'Als de dwanglicentie geen perspectief biedt op het daadwerkelijk snel beschikbaar komen van een geneesmiddel, vanwege de genoemde obstakels, is het opleggen van de dwanglicentie ook niet in het algemeen belang.'

Opgeblazen ballon

Daarmee wordt de inzet van dwanglicenties schromelijk overschat als instrument om beschikbaarheid af te dwingen, betoogt hij. Pors vindt het een beter idee om met bedrijven die een geneesmiddel introduceren afspraken te maken over productiecapaciteit. 'Daarmee wordt met een scherp juridisch fileermes de opgeblazen ballon van dwanglicenties doorgeprikt' vindt Gerard Schouw, directeur van Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen.

Opiniebijdrage Wouter Pors in Financieele Dagblad