Dat blijkt uit een analyse van Wim de Haart, manager gezondheidseconomie en vergoedingen van de Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen (VIG).
In deze Farma Facts bekijkt De Haart de nieuwe Horizonscan Geneesmiddelen, die het Zorginstituut op 7 juni publiceerde.
In zijn hoofdlijnenbrief van 4 maart geeft minister Kuipers aan dat in het coalitieakkoord is overeengekomen per medio 2023 te gaan onderhandelen voor alle geneesmiddelen met verwachte jaarlijkse uitgaven boven € 10 miljoen. Hij gaat het Besluit zorgverzekeringen hierop aanpassen.
De Horizonscan bevat alle geneesmiddelen waarvan verwacht wordt dat ze de komende twee jaar beschikbaar komen. Voor 245 geneesmiddelen geeft de Horizonscan ook informatie over verwachte patiëntaantallen, prijs en totale uitgaven. Hieruit blijkt dat de komende twee jaar 33 nieuwe middelen (werkzame stoffen) en 27 indicatie-uitbreidingen voldoen aan de huidige sluiscriteria. Voor een aantal indicatie-uitbreidingen geldt overigens dat het betreffende middel al in de sluis heeft gezeten, waarbij wellicht afspraken zijn gemaakt over indicatie-uitbreidingen.
Omdat voor slechts de helft van de middelen voldoende informatie beschikbaar is, betreft het dus een ondergrens voor de instroom in de sluis.
Uit de Horizonscan blijkt verder dat er zeventien nieuwe middelen (werkzame stoffen) en negen indicatie-uitbreidingen extra de sluis in kunnen stromen. Voor drie indicatie-uitbreidingen geldt dat het geneesmiddel al eerder in de sluis zat of nog zit.
Al met al lijkt de uitbreiding van de sluis te leiden tot 50% stijging van nieuwe middelen in de sluis en zo’n 25% extra indicatie-uitbreidingen. Zonder de nodige capaciteitsuitbreiding bij het Zorginstituut en het Bureau Financiële Arrangementen Geneesmiddelen en een efficiëntere procedure komen de doorlooptijden onder druk te staan. Patiënten zijn dan de dupe.
In de Horizonscan zijn 512 middelen opgenomen, waarvan 281 nieuwe geneesmiddelen (spécialités) en 211 indicatie-uitbreidingen van bestaande middelen. Dat is goed nieuws voor patiënten. Er zijn 133 oncolytica in ontwikkeling of registratie, 79 middelen voor neurologische aandoeningen en 73 hematologische middelen.
Ruim 60% procent betreft intramurale geneesmiddelen. Ongeveer een derde betreft weesgeneesmiddelen. Er staan 39 nieuwe generatie geneesmiddelen (ATMP’s) in de Horizonscan.
Zo’n 170 middelen zitten nog in een klinische studie, voor 155 middelen is een registratieaanvraag in behandeling bij de EMA of hebben al een positieve CHMP-opinie. Voor 113 middelen geldt dat ze al geregistreerd zijn en dus binnen afzienbare tijd beschikbaar komen voor patiënten.