Deze ontwikkeling blijkt uit het vandaag gepubliceerde Efpia Patients WAIT Indicator 2021; een jaarlijks onderzoek uitgevoerd door IQVIA, naar de beschikbaarheid van nieuwe medicijnen voor patiënten in 39 Europese landen in de periode 2017 tot en met 2020.
Langer wachten op medicijn is zorgwekkend
Dat de Nederlandse patiënt opnieuw langer moet wachten op innovatieve medicijnen is zorgwekkend. Vooral Duitsland en Denemarken zijn aanzienlijk sneller dan Nederland met respectievelijk 133 en 176 dagen. Voor oncologische middelen geldt zelfs een gemiddelde wachttijd van 270 dagen. Nederland loopt daarin achter ten opzichte van 5 vergelijkbare Europese landen. Deze verschillen zijn eigenlijk niet goed uit te leggen aan een patiënt wiens leven erdoor verbetert of er soms zelfs vanaf kan hangen.
Bijzonder lang wachten op innovatieve weesgeneesmiddelen
De toegang tot weesgeneesmiddelen voor zeldzame ziektes is in het bijzonder sterk vertraagd ten opzichte van voorgaande jaren. Weesgeneesmiddelen die tussen 2015 en 2018 een markttoelating kregen, waren pas na gemiddeld 345 dagen beschikbaar voor de patiënt. Deze tijd loopt nu op tot 380 dagen voor de nieuwste groep weesgeneesmiddelen, die tussen 2017 en 2020 tot de markt zijn toegelaten. De niet-oncologische weesgeneesmiddelen hebben zelfs een doorlooptijd van 413 dagen.
Aantal beschikbare geneesmiddelen verbetert wel
De beschikbaarheid van het aantal door de EMA goedgekeurde geneesmiddelen is in Nederland wel licht verbeterd. In de periode 2017-2020 was in Nederland 70% van de middelen beschikbaar. In de periode 2016-2019 was dit nog 67%. Daarmee stijgt Nederland van plek 9 naar plek 6. Ook hier scoren Duitsland en Denemarken het beste binnen Europa. Voor oncologische middelen is te zien dat zo’n 80% van de goedgekeurde geneesmiddelen in Nederland beschikbaar is. Dit wordt vooral veroorzaakt omdat slechts ruim 50% van de middelen uit 2020 beschikbaar is.
‘Het is goed nieuws dat er meer nieuwe geneesmiddelen beschikbaar zijn gekomen voor patiënten. Daar zijn we blij mee, want zo kunnen we steeds meer patiënten helpen’, zegt Gerard Schouw, directeur Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen (VIG). ‘Tegelijkertijd is het zorgwekkend dat het nog langer is gaan duren voordat deze medicijnen beschikbaar komen voor patiënten. Het zal je familielid maar zijn die ziek is, maar waarvoor een geschikt geneesmiddel onnodig lang op de plank blijft liggen. Duitsland en Denemarken zijn daarin veel sneller. Daar moeten we als Nederland van willen leren.’
