‘Wij zijn ontzettend blij dat de parallelle procedure voortaan een standaardoptie is’, zegt Dineke Amsing, manager Strategische Coalities bij de VIG. ‘Het resultaat van een constructieve samenwerking van het Zorginstituut, CBG en de geneesmiddelensector gericht op het versnellen van de toegang van geneesmiddelen voor de patiënt. Door gezamenlijk op te trekken, zijn we erin geslaagd om maar liefst drie maanden tijdwinst te boeken voor de patiënt. Laten we hiermee doorgaan en blijven werken aan het optimaliseren van processen. Deze pilot is een mooi voorbeeld dat laat zien dat samenwerking werkt.’
De parallelle procedure is in mei 2019 gestart als een pilot van het Zorginstituut en het CBG. Aan de pilot deden zeven geneesmiddelen mee. In deze procedure beoordelen het CBG en het Zorginstituut de toelating tot de Nederlandse markt en de vergoeding uit het basispakket van een geneesmiddel tegelijkertijd. Normaal gebeurt dit pas na elkaar. Met deze nieuwe werkwijze blijft de beoordeling voor de vergoeding van een medicijn net zo zorgvuldig als een normale beoordeling, maar is deze wel zo’n drie maanden eerder klaar.
In de pilot werkten het Zorginstituut en het CBG nauw samen met de Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen (VIG) en HollandBIO om deze procedure zo goed mogelijk vorm te geven.
Het Zorginstituut en het CBG gaan ervan uit dat met deze blijvende samenwerking meer geneesmiddelenbedrijven medicijnen zullen aanmelden voor een gelijktijdige beoordeling, aldus een gezamenlijk persbericht.
Amsing: ‘Wel graag aandacht voor het volgende. Voor een parallelle beoordeling is vroegtijdig contact van het farmaceutische bedrijf met het Zorginstituut en het CBG noodzakelijk. Ook moet een bedrijf tijdens de EMA-registratieprocedure het definitieve vergoedingsdossier indienen bij het Zorginstituut.’
Klik hier meer informatie over de parallelle procedure en de aanmelding hiervoor.
Zie ook #terugnaar100