De WHO nam dinsdag in Geneve een resolutie van Italië aan over prijstransparantie van medicijnen, vaccins en andere medische producten. In deze resolutie spreekt de mondiale gezondheidsorganisatie haar zorgen uit over de hoge prijzen van sommige medische producten, zoals geneesmiddelen. De WHO roept de aangesloten landen op om aan te sturen op meer openheid rondom kostenopbouw en netto prijzen van nieuwe geneesmiddelen en klinisch onderzoek.
De Vereniging begrijpt deze oproep. Duurzaam betaalbare zorg is een kwestie die ons allemaal aangaat, wereldwijd. Nieuwe therapieën, zoals gentherapie, zijn doorgaans kostbaarder dan we gewend zijn, maar ook complexer om te ontwikkelen én veel krachtiger en vaker genezend dan voorheen. Het vraagt om een nieuw, toekomstbestendig systeem voor de registratie en vergoeding van nieuwe geneesmiddelen. Daarover is de Vereniging in gesprek met de overheid en diverse zorgpartijen, om te komen tot duurzaam betaalbare en toegankelijke zorg.
In jaarverslagen van geneesmiddelenbedrijven is al het nodige te vinden over R&D-kosten. Ook het onlangs gepubliceerde rapport van Gupta geeft nieuwe inzichten in de totale gemiddelde ontwikkelkosten van een geneesmiddel ( 2,2 miljard). Gupta maakt ook helder hoe de gemiddelde verdeling is tussen kapitaalkosten (53%), kosten voor geneesmiddelen die de eindstreep niet halen (40%) en kosten voor geneesmiddelen die uiteindelijk wél bij de patiënt komen (7%).
Volledige, zeer gedetailleerde openheid over ontwikkelingskosten, tot op product niveau, kunnen geneesmiddelenbedrijven niet geven. Dat heeft vooral te maken met concurrentiegevoeligheid.
Ook bij lijstprijzen versus nettoprijzen speelt mee dat we in een concurrentiegevoelig systeem werken, met marktwerking. Deskundigen zijn het er over eens dat publicatie van verleende kortingen, en daarmee ook de nettoprijzen, op den duur alleen maar een prijsopdrijvend effect heeft. Daar zijn patiënten dus niet bij gebaat.