24-11-2020

VWS, VIG en HollandBio zoeken samenwerking in VIG Talk

‘We moeten het samen doen’, zei Marcel van Raaij (directeur Geneesmiddelenbeleid en Medische Technologie bij het ministerie van VWS) 19 november in een VIG Talk. Annemiek Verkamman, managing director HollandBio, was de andere spreker bij dit online event.

Van Raaij reageerde op een vraag van Gerard Schouw, directeur Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen (VIG). Schouw gaf aan dat de VIG en HollandBio de komende jaren graag meer verantwoordelijkheid willen dragen, en vroeg zich af of VWS daarvoor open staat.

Vijf prio’s

De VIG Talk draaide om de toekomst van het medicijnbeleid, waarvoor de VIG een voorzet heeft geformuleerd in de Toekomstagenda Geneesmiddelen. Van Raaij benoemde de vijf prioriteiten in het medicijnbeleid van VWS: medicijntekorten, weesgeneesmiddelen, gen- en celtherapie, snelle beschikbaarheid en (als vijfde punt) gelijkmatig toegankelijke, betaalbare medicijnen. Rond deze vijf thema’s heeft Nederland input geleverd voor de Pharmaceutical Strategy van de Europese Commissie, die deze week wordt gepresenteerd.

Gen- en celtherapie

‘De huidige wet- en regelgeving voor gen- en celtherapie is jaren geleden ontwikkeld vanuit een veiligheidsperspectief’, zei Van Raaij. ‘Maar het huidige framework biedt niet optimaal ruimte om innovaties ook daadwerkelijk snel bij de patiënt te krijgen. Daar moeten we dus samen naar kijken.’

Keten verbeteren

‘Ambitie moet het trefwoord zijn in de passage in het nieuwe regeerakkoord over medicijnen’, zei Annemiek Verkamman. Ze wees er op dat Nederland veel in huis heeft. ‘De Nederlandse biotechsector, met bedrijven als Uniqure, ArgenX en Genmab, heeft dit jaar in totaal al ruim € 4 miljard aan kapitaal aangetrokken. Het is een bloeiende sector, met veel innovatieve middelgrote en kleine bedrijven.’

Volgens Verkamman is het zaak beter gebruik te maken van de kansen die ons hoge kennisniveau en de Nederlandse infrastructuur ons bieden.
‘Je moet het in de hele keten goed voor elkaar hebben, dan pas kun je jezelf als land onderscheiden. Daarbij springen drie dingen in het oog. Ten eerste de TechTransfer, het vertalen van kennis binnen universiteiten naar bedrijven. En daarnaast natuurlijk de financiering, die voor ons mkb in de startfase lastig is, en tot slot het vestigingsklimaat. Al die aspecten zijn van belang als je onze biotechsector naar een hoger niveau wil tillen. Nu is er bijvoorbeeld een btw-discussie bij gen- en celtherapieën. Dat telt allemaal mee.’

FAST

COVID-19 heeft een sluimerende discussie geactiveerd, aldus Van Raaij. Als Europa willen we minder afhankelijk worden van landen als China en India voor onze medicijnproductie. Van Raaij wees op twee programma’s die een impuls moeten geven aan de Life Sciences Health sector in Nederland in het algemeen, en medicijnontwikkeling in het bijzonder: FAST en het Actieplan LSH.
FAST staat voor Future Affordable Sustainable Therapies. ‘We willen echt het klimaat voor therapie-ontwikkeling versterken, en zorgen dat een innovatie sneller vanuit het lab bij de patiënt komt’, zei Van Raaij. Daarbij kan FAST, een gezamenlijk project van de ministeries van VWS en EZK, een belangrijke rol spelen. Het Actieplan LSH van voormalig staatssecretaris Clémence Ross- van Dorp verschijnt eind november. Ook het rapport van de kwartiermakers van FAST wordt binnenkort gepubliceerd.

Chatvragen

Beide sprekers namen ruim de tijd om chatvragen van deelnemers te beantwoorden. Verkamman benadrukte hoe belangrijk het is dat mkb-bedrijven actiever worden betrokken bij en in het beleid van VWS. Ook brak ze – in antwoord op een chatvraag – een lans voor het patiëntperspectief. Ze wees op EUPATI en op de patient engagement guide van HollandBio, waarin bedrijven elkaar inspireren met praktijkvoorbeelden. Over één onderwerp waren beide sprekers het roerend eens: als we dan toch meer gaan investeren in medicijninnovatie, laten we het dan meteen duurzaam doen!